Menu Sluiten

Jazzism op North Sea Jazz, Blog 2

 

Zo zijn we alweer beland in de tweede helft van de vrijdagavond. We zien de relatief onbekende Walter ‘Wolfman’ Washington , gitarist-zanger. Hij komt uit de New Orleans-traditie, waar geen onderscheid is tussen jazz, soul en blues. Jarenlang begeleidde hij the tan nightingale Johnny Adams, maar is al 25 jaar een solo-act, een man zonder show maar een heel leuke performer met een topband.

Dan Mehliana, het duo project van toetsenist Brad Mehldau en meesterdrummer Mark Guilliani. Na een reeks van akoestische platen, is het even wennen aan de frisse en meer experimentele elektronische klanken van Brad Mehldau en drummer Mark Guiliana die samen het duo Mehliana vormen. Dat lijkt deels ook het publiek te denken, want er is veel in- en uitloop in de zaal. Het siert het tweetal dat ze samen en ondersteund door sequensers in deze intieme bezetting spelen en daarmee een volle sound creëert. Daarnaast wisselt hij zijn Fender Rhodes af met de vleugel, wat meer dynamiek oplevert. De soundscapes geven overigens een interessante extra laag aan het geheel. Overigens geeft het tweetal elkaar voldoende ruimte qua opbouw en solo’s. De muziek is veel ritmischer georiënteerd dan we van Mehldau gewend zijn. Het gebrek aan fraaie melodieën en thema’s maakt de composities wat minder toegankelijk. Ondanks dat het speelplezier ervan af spat en het tweetal perfect op elkaar is ingespeeld, blijft het repertoire wat te weinig boeien om een volledig concert bij te wonen.

Over naar de Missisipi, waar eerst Balako optreedt, een lekkere mix van gypsie en latin op accordeon en conga’s. Daarna Pharao Sanders, de oude saxofonist, wiens spel nog niets aan kracht heeft ingeleverd. Zijn zang mag dan niet geweldig zijn, als hij de sax hanteert wordt het weer magisch, met op piano de sterk groovende William Henderson.

Dan is de brug naar Kapok snel gelegd: de enige band die zijn eigen decor heeft meegenomen. Hoornist Morris Kliphuis straalt als vanouds en heeft met zijn band (gitarist en drummer) een heel eigen geluid gevonden, vol subtiele breaks. Trompettist Ambrose Akinmusire, elders in de Madeira zaal, speelt als fluweel. Zijn ster is niet voor niets rijzende. Hij geeft zijn soepel spelende band alle ruimte om te soleren en trekt terecht een ovationeel applaus.

North Sea Jazz eigen springen we van genre naar genre. Het bekende Malinese bluesrockgeluid van Vieux Farka Toure ( de zoon van Ali) dringt tot ons door. Vieux speelt veel materiaal van zijn laatste album Mon Pays en opvallend zijn vooral het krachtige gitaarspel, waar moeiteloos de nodige Bob Marley-riffs te bespeuren zijn. Lekker optreden, waarop flink gedanst wordt.

Met het optreden van de kleine Happy Man Pharrell is natuurlijk ook op zich weinig mis. Met een uitgebreide dansgroep vol sexy vrouwelijk schoon (hadden we anders verwacht?), laat hij de videoclips tot leven komen. Een heus visueel en auditief spektakel, dat wel. Maar ook een beetje saai en voorspelbaar. Hoewel Stevie Wonder aan de zijkant van het podium staat en gekscherend opmerkt dat hij wel weer een hit zou kunnen gebruiken en ook Sheila E het podium betreedt, onder goedkeurend oog van Bootsy Collins, wordt het grootste deel van zijn show opgevangen door zijn backingvocals en meelopende zangtape. Zuiver muzikaal gezien verwachten we toch iets meer deze superster, hoewel de stamvolle Nile zaal helemaal los gaat op grote hits als Lucky en Happy.

Een minder bekende naam is Jamie Baum. Ze is misschien wel de eerste vrouwelijke fluittiste die met dit instrument en eigen septet op het NS staat. Ze wordt bijgestaan door een blazerssectie van twee hoornisten/saxofonist en een trompettist. In het openingsstuk komen de motieven en rijke melodieën nogal onrustig over. Het geheel swingt te weinig. Daarnaast is het jammer dat Baum zichzelf niet meer op de voorgrond plaatst als bandleider. Ze speelt vooral in sectieverband, waardoor haar speelkwaliteit nauwelijks naar voren komt. En de schare solo die ze speelt is weinig uitdagend.Het tweede en derde stuk zijn mooier van opbouw, maar de band sprankelt te weinig en kabbelt te veel voort waarbij het visueel ook nogal statisch is om naar te kijken.

We sluiten diep in de nacht af met optredens van NL afro’s Koffie en Booker T. De laatste legde in de Congo een sterke verbinding tussen zijn verleden met Booker T & MG’s en de zwarte muziek van nu. Zoals drummer Darian Gray die rapt op het door Al Jackson geschreven Take Me To The River en Booker T die zelf teruggrijpt op Green Onions. Maar het meest bijzonder was wel de uitvoering van Jimi Hendrix ‘Hey Joe’, terwijl met Hoochie Coohie Man oude bluestijden herleven zonder clichematig te worden. Dan Koffie, die het publiek tot groot enthousiasme opzweept. Dat was al volop in beweging bij Pharrell maar danst nu vrolijk verder, aangedreven door de jeugdige energie. Een vrolijk feestje als afsluiting van een vrolijke dag.

Het Jazzism team: Angelique van Os, Rik van Boekel, Kees Smallegange, Dick Hovenga, Paul Evers, Eric Waterschoot (foto)

 

Deel bericht

Laatste nieuws