Eerst moet je wachten Until The Real Thing Comes Along, maar pianist Roy Mor pakt de zaak op nadat de liefde over is. After The Real Thing dus, in een stijl die doet denken aan Randy Weston en de latere McCoy Tyner.
Hij had een opmerkelijke levensloop: een studie als acteur, paratrooper in het Israelische leger, een studie filosofie, software engineer – en toen wilde hij muzikant worden. Dat lukte via een opleiding in New York, en als side man in de band van onder meer trompettist Avishai Cohen in zijn thuisland. Hij is op vele plekken in de wereld thuis, dat hoor je in dit debuutalbum: eigen stukken, interpretaties van Israelische volksliedjes, en jazzstandards als Speak Low en The Nearness of You – die laatste solo in een live-uitvoering. Die breedheid van opvatting zie je ook in de instrumentatie, waarbij Amos Hoffman op drie stukken de oud bespeelt. Het titelstuk is een swingende buiging naar de bebop. Andere tracks zijn een menging van westerse muziek en die van het Midden-Oosten.
Coen de Jonge
