Menu Sluiten
Takuya Kuroda

Takuya Kuroda

Fly Moon Die Soon
First Word Records
Funk
Jose James hielp deze veelbelovende Japanse trompettist in het zadel, niet alleen door zijn album Rising Son (Blue Note, 2014) te produceren, maar vooral door hem ervan te doordringen dat hij altijd een aanstekelijk ritme in zijn muziek moet inbouwen. En dat is op dit negen tracks tellende album te merken. Kuroda bedient zich van de gewiekste techniek om het oude met het nieuwe te verbinden, waardoor een track als ABC al gauw klinkt als Art Blakey & The Jazz Messengers 3.0. Kuroda zegt vooral zijn eigen berg te willen beklimmen, maar zal nooit zijn ontzag voor Roy Hargrove verzwijgen. Laten we maar stellen dat Kuroda het ontijdige verscheiden van Hargrove in 2018 iets dragelijker maakt. Kuroda beschikt over een eigen en pakkend geluid, zowel melodisch als geluidstechnisch, en dat kan hem ver brengen. Het album bevat een perfecte balans tussen instrumentaal en vocaal, tussen jazz en soul/funk: Corey King zingt op innemende wijze de nummers Fade, Change en Do No Why; Alina Engibaryan zingt Sweet Sticky Thing van The Ohio Players. Maar ook de instrumentals zijn boeiend; ze zitten knap in elkaar, zijn perfect geproduceerd en gemixed en sterk melodisch. De synthese tussen oud en nieuw komt haarfijn tot uiting in Herbie Hancocks Tell Me A Bedtime Story. Dit is een album om verliefd op te worden.
Sjeng Stokkink

Deel bericht

Laatste recensies

Kalaha – Nord Havn

Gentrificatie heb je overal, niet alleen in de oude steden van Rotterdam en Antwerpen, maar ook in Kopenhagen. Die verandering van bevolkingssamenstelling was voor het

Lees verder »