Menu Sluiten

Recensie: meestergitarist John Scofield in concert

Virtuoos John Scofield presenteerde op zondag 5 maart voor een goed gevulde Groningse Oosterpoort zijn meest recente project Yankee Go Home. Hierbij refereert hij aan zichzelf als ‘Yankee’ en met ‘Go Home’ verwijst hij naar de muziek uit zijn jeugd: een mix van americana, folk, rock & roots, een flinke vleug blues en eigen werk.

Tekst & beeld: Angelique van Os

De Amerikaanse John Scofield (1951) hoeft geen introductie meer. De man heeft een enorme staat van dienst. Hij speelde met Miles Davis, Billy Cobham, George Duke, Charles Mingus, Herbie Hancock en anderen. Zijn carrière leven werd prachtig in beeld gebracht in de documentaire van Joerg Steineck, getiteld Inside Scofield (2022). ‘Road dog’ Scofield keert wederom terug naar Nederland Dit keer met zijn kwartet, bestaande uit Jon Cowherd (toetsen), Vicente Archer (contrabas) en Josh Dion (drums).

(vanavond 6 maart nog te zien in TivoliVredenburg en morgen 7 maart in LantarenVenster)

Swingend en strak

Vanaf het eerste nummer zet ‘Sco’ gelijk de toon voor een swingende en strakke set. Met een fijne bluesy touch, een opzwepende groove en schurend tegen dissonanten. Op het juiste moment verandert hij met zijn geoliede ritmesectie van groove, toonsoort of thema waardoor het spel interessant blijft. Jon Cowherd tovert vette hammondsounds uit zijn bescheiden Korg omdat er een grote Lesliekast achter hem blaast. Dat had hij verder in de set meer mogen doen om het geheel wat meer body te geven in de laagte.

Foto: Angelique van Os

Volledig vrij

Bij bekende stukken als Mr. Tambourine Man (Bob Dylan) blijft Scofield qua thema’s veelal dicht bij het origineel wat herkenbaarheid oproept, om het in de sologedeelten volledig vrij improviserend in te vullen. Bij dit stuk dwaalt hij echter wel erg af, waardoor de kracht van het lied wat te veel op de achtergrond raakt en de sfeer totaal verandert.

 

Eenvoud

Soms schittert Scofield met zijn mannen juist in eenvoud bij het spelen van mooie uitgesponnen melodieën, zoals bij Wichita Lineman (Glen Campbell) dat overvloeit in The Creator Has A Masterplan (Pharoah Sanders). Waar het draait om leegte, subtiele accenten en verfijnde frasering. Less is more. En als het kwartet er veel gevoel in legt dan komt dat wellicht meer binnen dan complexe en soms te lange solo’s.

 

Josh Dion

Scofield streelt, kietelt en plukt aan zijn gitaar waardoor hij heerlijk swingende, soms grappige dan weer fijne blue notes en catchy riffs uit zijn instrument tovert. Bovenal klinkt hij doorleeft en zijn er een aantal sterke intermezzo’s met Cowherd en Josh Dion. Het is vooral laatstgenoemde Josh Dion die de show speelt met ze in strakke en afwisselende ritmiek, zijn heerlijke layback feel in mid-tempo stukken en zijn zeer expressieve gezichtsuitdrukkingen die een glimlach opwekken.

 

Dion verrast het publiek tijdens de toegift door met prima stem Black Muddy River van The Greatful Dead te zingen. Misschien had hij dit halverwege de set moeten inzetten, want ondanks dat de band imponeert met hun enorme kwaliteit en muzikaliteit, beklijft het als geheel niet altijd.

Het is moeilijk de vinger op te leggen waar dit precies aan ligt. Mogelijk komt het door de algehele sound die bij sommige stukken prima werkt, -zeker in de groovy, funky uptempo songs-, maar niet altijd even goed in balans lijkt. De piano blijft soms wat achter, heeft wat te weinig power en de drums klinken wat dof. Scofield had wellicht iets meer afwisseling kunnen brengen door met pedaaltjes meer effecten toe te passen. Of lag het misschien aan het gebrek van elektrische bas in sommige stukken? Misschien had de geluidstechnicus er meer uit kunnen halen? Hoe dan ook, we verlaten de zaal niet met een overweldigend gevoel, terwijl het spelniveau er zeker naar is. Als geheel dus een wat wisselend concert, hoewel zonder twijfel veel (amateur)gitaristen uit het publiek gefrustreerd of juist sterk geïnspireerd huiswaarts zijn gekeerd.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Deel bericht

Laatste nieuws