In 1965 zette Rita Reys 10 composities op de plaat samen met arrangeur Oliver Nelson. Nu heeft het Jazz Orchestra of the Concertgebouw op basis van dezelfde originele arrangementen 'The Second Time Around' uitgebracht. Verrassend op het album is de keuze voor 3 zangeressen in de rol van ‘Europe’s First Lady of Jazz’.
Tekst: Annie van der Velde | Foto: Nienke de Groot
Midden jaren 60 besloten Rita Reys en gerenommeerd arrangeur Oliver Nelson samen te werken aan een plaat: Rita Reys Meets Oliver Nelson. Vorig jaar werden de originele arrangementen teruggevonden in een archief. Nu heeft het Jazz Orchestra of the Concertgebouw de stukken opnieuw opgenomen samen met 3 zangeressen. Juan Martinez, artistiek leider van het orkest is producer van The Second Time Around en vertelt over hoe het album tot stand kwam.
Unieke samenwerking
‘Het was absoluut een feestje om deze muziek op te nemen. Dit project maakt deel uit van de serie Dutch Jazz Heritage. Dat is een samenwerking tussen het Jazz Orchestra of the Concertgebouw (JOC), het Concertgebouw en het Nederlands Jazz Archief. We verkennen daarin historische jazzmomenten en -artiesten. Dit album focust op de samenwerking tussen Rita Reys en Oliver Nelson. Nadat de originele arrangementen vorig jaar werden teruggevonden in een archief zijn we ermee aan de slag gegaan.’
Wat maakt die samenwerking zo bijzonder?
‘In het begin van de jaren 60 stonden zowel Rita Reys als Oliver Nelson op het punt van hun internationale doorbraak. Rita was in 1960 uitgeroepen tot ‘Europe’s First Lady of Jazz’, Nelson brak door met zijn album The Blues And The Abstract Truth in 1961. Uniek aan deze samenwerking was dat het orkest deels bestond uit Amerikanen die al langere tijd in Europa waren en deels uit Nederlanders.
Eigenzinnig en opvallend
Waaraan herken je het werk van Oliver Nelson?
‘Nelson maakte hele eigen keuzes. Zijn instrumentatie is eigenzinnig en opvallend. Ook is hij heel specifiek in de manier waarop hij akkoorden instrumenteert voor het orkest. Je kunt horen dat hij uit de blues komt. Het is niet alleen in de vorm, maar vooral ook in het gevoel. Zijn muziek klinkt altijd jazzy en bluesy.’
Hoeveel ruimte was er voor nieuwe arrangementen?
‘Johan Plomp is de vaste dirigent van de concerten in de ‘Dutch Jazz Heritage’-serie. Hij begrijpt het idioom van deze muziek en hoe die zich heeft ontwikkeld vanaf de jaren 60 in Amerika. Hij schrijft met respect voor de traditie. Tegelijk voegt hij zijn eigen stem toe, met invloeden van arrangeurs als Thad Jones, Bob Brookmeyer en Jim McNeely. Voor Johan is Nelson een grote inspiratiebron geweest om te gaan arrangeren. Dat voel je terug in zijn werk.’

Muzikaal gewicht
‘Hoe Down’ staat niet op Rita’s plaat, waarom wel op deze?
‘Nadat we vorig jaar 2 keer een concert hebben gegeven met de muziek van Rita’s album, dachten we na over een plaat. We hadden na 2 concerten zo’n 30 minuten originele muziek, te weinig voor een album. Bovendien waren Nelsons arrangementen geschreven voor een kleinere bezetting. Wij spelen met 18 muzikanten. Nadat we alle stemmen verdeeld hadden, speelde de band nog steeds niet helemaal in de eigen bezetting. Door Hoe Down toe te voegen komt de signatuur van het JOC goed tot zijn recht door het ensemblewerk. Daarbij is het natuurlijk een stuk van Oliver Nelson. Samen met openingsnummer Stolen Moments geeft het ook muzikaal gewicht aan het album.’
3 zangeressen in plaats van Rita
Opvallend is dat er 3 zangeressen de rol van Rita Reys overnemen, van waar die keuze?
‘We wilden deze muziek herinterpreteren met stemmen van nu, uit verschillende generaties. Fay Claassen was een logische keuze. Zij staat in de traditie van Rita. Anna Serierse vertegenwoordigt de volgende generatie en we hebben al veel met haar samengewerkt. Esther Van Hees is de meest verrassende keuze. Zij komt uit een meer singer-songwriterhoek binnen de jazz en heeft een bijzondere tekstbehandeling die meteen opvalt. Elke zangeres voegt een eigen klankkleur toe en dat was precies wat we zochten.’
Zingen zij anders dan Rita destijds?
‘Rita had een enorm vrije benadering; ritmisch, fraserend, heel authentiek. Die oorspronkelijkheid herkennen we ook bij Fay, Anna en Esther. Het zijn geen epigonen. Ze brengen iets van zichzelf mee, creëren een nieuwe interpretatie. Dat past ook bij hoe wij muziek willen maken: met urgentie en eigenheid.’

Nieuw versus bestaand repertoire
Tot dusver bracht het vooral nieuw werk uit. Waarom nu een eerbetoon aan bestaand repertoire?
‘We wilden niet slaafs coveren, maar dit project voelde als een logische volgende stap. De eerste 15 jaar speelden we vooral nieuwe composities, vaak van onze eigen musici. Met ‘Dutch Jazz Heritage’ zijn we ons ook gaan richten op het erfgoed. Dit album is een eerbetoon aan een belangrijk moment in de Nederlandse jazzgeschiedenis, en daarmee een nieuwe richting voor ons.’
Hoe is de serie tot nu toe ontvangen?
‘Erg goed. Sinds 2017 maken we drie producties per jaar binnen deze serie. Ze zijn vrijwel altijd uitverkocht. We merken dat het publiek veel behoefte heeft aan deze historische inkijk in de jazz. Zeker als we dat vertalen naar nu, met eigen arrangementen.’
Wat is het doel van dit soort projecten?
‘We willen jazz toegankelijker maken voor een breder publiek. Veel mensen kennen de verhalen achter deze muziek niet. Bij klassieke muziek is die culturele plek duidelijk. Voor jazz is dat nog een zoektocht. We willen bijdragen aan de erkenning van deze muziek als onderdeel van onze cultuur.’
‘The Second Time Around’ is vanaf 11 juli verkrijgbaar op cd en op vinyl via de eigen website van het JOC